24 Juni 2022 mocht de werkgroep Upper GI chirurgie eindelijk weer live samenkomen in stadskasteel Oudaen te Utrecht. In navolging van de Chirurgendagen, stond ook deze dag in het teken van verbinding. Verbinding na de lange afwezigheid van live bijeenkomsten door COVID-19, maar ook verbinding van de werkgroep onderling om in de toekomst de chirurgische zorg voor patiënten met slokdarm- en maagkanker nog verder te verbeteren.
Allereerst werd de vormgeving en de samenwerking van de WUGC, DUCA en DUCG besproken. Belangrijke stappen werden gezet om verder te waarborgen dat alle klinieken vertegenwoordigd zijn in de werkgroepen en verdere transparantie te garanderen. Op deze manier kunnen de verschillende Nederlandse Upper GI klinieken nog beter samenwerken in de toekomst. De besproken voorstellen zullen verder uitgewerkt worden en in de volgende bijeenkomst verder gewaarborgd worden.
“Present your most beautiful/ugly video” was de oproep die rondgestuurd was voorafgaand aan de bijeenkomst. Vanuit verschillende klinieken werden onderwerpen besproken, variërend van de behandeling van complicaties tot nieuwe chirurgische technieken, zoals bijvoorbeeld de peri-operative beeldvorming van de ductus thoracicus met ICG en de behandeling van peri-operatieve bloedingen met de robot. Interessant om te zien dat de bespreking van een gecompliceerde casus, waaronder een patiënt met NOMI na starten van sondevoeding, ook veel herkenning geeft. Dit biedt mogelijkheden om in de toekomst dit soort casuïstiek te bundelen en gezamenlijk te presenteren.
Vast onderdeel van de bijeenkomst is het openlijk bespreken van verschillende uitkomsten vanuit de DUCA. Het openlijk bespreken van deze uitkomsten (en de verandering van deze uitkomsten ten opzichte van eerdere jaren) geeft een mooi inzicht in de groei van de werkgroep, en het biedt kansen aan ziekenhuizen met relatief meer complicaties om in contact te komen met andere klinieken en waar nodig technieken en protocollen aan te passen.
Bij deze bijeenkomst werd gekozen om naadlekkage en opnameduur na oesofagusresectie (in opzet curatief) te bespreken. Belangrijk om te benoemen dat deze uitkomsten in Nederland verder verbeterd zijn over de afgelopen jaren. Wij willen uiteraard graag geloven dat onze bijeenkomsten daaraan hebben bijgedragen, en zullen bij volgende bijeenkomsten opnieuw verschillende uitkomsten bespreken.
Samengevat; De operatieve behandeling van slokdarm- en maagkanker verbetert in Nederland. Het openlijk bespreken van uitkomsten en casuïstiek vormt een belangrijke bijdrage aan deze verbetering. Door middel van brede vertegenwoordiging en transparantie hoopt de werkgroep in de toekomst nog vele bijeenkomsten te organiseren.
We hopen u te zien bij de volgende bijeenkomst in het najaar!
Namens de werkgroep Upper GI chirurgie